Trump en de triomf van de zelfverzekerdheid

De klaagzang van een Amerikaanse conservatief
Door James Kirchick
New Statesman (25 November – 1 December 2016)

Drie dagen na de presidentsverkiezingen bezocht ik een grote bijeenkomst van Amerikaanse rechts-van-het-midden intellectuelen, thuis bij een prominente conservatieve journalist in Washington, DC.
‘Treur niet, want het ergste komt nog!’ beloofde de uitnodiging, en de avond had de sfeer van een wake. Alleen de kist ontbrak.

De verkiezing van Donald Trump is een niet te onderschatten ramp voor mijn land, voor de wereld en voor de internationale liberale orde welke zeventig jaar lang door de VS – en het Verenigd Koninkrijk – is hooggehouden. Het is ook een beetje een beroepsmatige ramp voor ons, conservatieve schrijvers, van de #NeverTrump beweging, in aanmerking genomen hoe weinig mensen onze waarschuwing ter harte namen tegen de onwetende, demagogische reality TV showmaster.

In de onwerkelijke nagalm van de verkiezingen was het verleidelijk om de foto van een grijnzende Trump, Nigel Farrage en de Ukip-geldschieter Arron Banks te beschouwen als iets bizars van voorbijgaande aard. Echter, deze ontmoeting – de eerste postelectorale ontmoeting tussen de gekozen president en een buitenlandse hoogwaardigheidsbekleder – betekende meer dan slechts een doorbreking van het diplomatieke protocol en een gebrek aan respect voor de ‘bijzondere verhouding’. Het liet zien hoe Trump mogelijk probeert de VS te herpositioneren: van leider van de vrije wereld tot tribunezitter, of zelfs onberekenbare speler.

De naoorlogse internationale orde werd door elke president sinds Harry Truman ondersteund. Het rust op drie zuilen: vrije handel, allianties met verwante democratieën en de vanzelfsprekende aanwezigheid van Amerikaanse troepen overal ter wereld. Met zijn aversie tegen NAFTA, NAVO en bilaterale defensieafspraken wijst Trump alle drie van de hand. Zijn presidentschap stuurt de VS en de wereld in onbekende wateren.

Farage is niet de enige rechtse nationalist met wie Trump en zijn vertrouwelingen warme banden aangeknoopt hebben. Eén van de merkwaardigste ontwikkelingen van 2016 was de opwaardering van ‘globalisering’ en ‘voorstander van globalisering’ van samenzweerderige tot vertrouwde termen in het dagelijkse politieke taalgebruik. Dat is vrijwel geheel te danken aan de negatieve invloed van Trumps campagneleider Stephen Bannon, die toegeeft de website Breitbart omgetoverd te hebben tot een platform voor de ‘alt-right’ (alternatief rechts) bewegingen en die een voorname rol gaat spelen in Trumps regering.

Breitbart doet gloedvol verslag van Frankrijks Front National, Duitslands Alternative für Deutschland en de overige Europese extreemrechtse groeperingen. Vanuit het Witte Huis zal Bannon waarschijnlijk doorgaan met zijn officieuze rol van orkestleider der wereldwijde populistische revolutie, waarvoor zijn website zo in het strijdperk trad.

Het valt niet mee om Trumps potentieel ontwrichtende wereldbenadering te onderschatten. Terwijl hij Amerika’s bondgenoten in Europa en Azië langs de neus weg als parasieten pleegt weg te zetten, heeft hij niets dan goede woorden over voor Ruslands president Vladimir Poetin. Bij de aankondiging van Trumps overwinning stond het Russische parlement als één man te applaudisseren – een openlijke steunbetuiging van een vijandige buitenlandse macht, waarvan Republikeinen tot voor kort beweerden dat alleen de Democraten daar staat op konden maken.

Trumps begrip van de wereld is oppervlakkig, maar zijn instinctmatige isolationisme en minachting voor de bindende waarden van het trans-Atlantische bondgenootschap reduceren zijn Amerika – samen met Viktor Orbáns Hongarije en Marine Le Pens Frankrijk – tot een natuurlijke schraag onder de ‘Onliberale Internationale’ die Poetin momenteel in de benen schopt.

Alle hoop om zulks te voorkomen, is erop gericht dat het door de Republikeinen geleide hart (het Congres, waarin internationaal georiënteerde elementen zoals John McCain nog een vinger in de pap hebben) en het onveranderlijke bureaucratische lichaam het sturende hoofd gaan behoeden voor roekeloos gedrag.

De logica van Trumps verkiezingsoverwinning doet niettemin vrezen dat de nationalistische ‘eigen volk eerst’-krachten binnen de Republikeinse Partij aan invloed winnen. In plaats van haar nalatenschap te gronde te richten bracht Trump de Grand Old Party (GOP) de meest onverwachte overwinning uit de Amerikaanse geschiedenis, welke niet alleen de media en opiniepeilers met stomheid sloeg, maar ook vele Republikeinse hogere ambtsdragers die stiekem hoopten dat hij zou verliezen, als ook de aan #NeverTrump bijdragende schrijvers [zoals ikzelf] die Hillary Clinton steunden. En er was ook geen negatief Trump-effect een stukje lager op het stembiljet te bekennen: Republikeinen behielden keurig hun meerderheid in het Congres.

Welke les zullen de Republikeinen hieruit trekken?
Dat het mee laten doen van een autoritaire, misogyne volksmenner, die bewondering heeft voor een Russische dictator, niet zo’n goed idee was? Dacht het niet. In de politiek draait het uiteindelijk om winnen, en Trump won.

Bannon, die zichzelf ooit afficheerde als een Leninist, probeert de GOP te herscheppen tot een soort continentale, etnisch-nationalistische, rechts-populistische partij. Hij heeft geen goed woord over voor de Anglo-Amerikaanse conservatieve traditie, met haar nadruk op individualisme, vooruitgangsdenken en spaarzaamheid. En in de ideologisch flexibele Trump, die in helemaal niets gelooft behalve in zichzelf, heeft Bannon het ideale lege voertuig gevonden voor zijn malicieuze project.

Gedurende de campagne heeft Trump nauwelijks lippendienst bewezen aan conservatisme. Dat Republikeinse stemmers een man zouden kiezen die zo ostentatief hun meest gekoesterde beginselen opzijschoof, geeft wel aan dat ze bereid waren om raciale onlustgevoelens voorrang te geven boven alle andere overwegingen, toen wrevel jegens Mexicanen, Moslims en ’s lands eerste zwarte president Trump bleek te onderscheiden van de rest. Dat was tevens het meest consistente thema van zijn campagne.

Terwijl Trump veel munitie verschafte aan critici die hem beschuldigen van fascistische neigingen, schurkt hij meer aan tegen het archetype van de man die blaakt van zelfverzekerdheid. In zijn recente interview met Inc magazine offreerde de motivatieredenaar Tony Robbins een stukje van zijn gepatenteerde wijsheid, waar hij normaliter duizenden dollars voor vraagt. ‘Als niemand ook maar het flauwste benul heeft van wat te doen, en er staat opeens iemand op die het drommels goed lijkt te weten, luistert iedereen aandachtig. Iemand die zelfverzekerdheid uitstraalt, ook al slaat ie de plank faliekant mis, leidt de massa.’ En als er één ding is dat Trump heeft, dan is het: zelfverzekerdheid. De vraag is nu, in welke mate Amerikanen, die al een alarmerend staaltje van goedgelovigheid hebben laten zien door Trump überhaupt te kíezen, zich gaan ontpoppen als volgelingen. ⃝

James Kirchick schrijft voor The Daily Beast.

[The interesting part about translating an article that employs more than the hundred words the average citizen uses, is: one can dip into one’s own Dutch vocabulary as well. jsl]

Dit vind je misschien ook leuk...