Lins oerke
Mijn vrouw heeft van die dagen dat ze op het oorlogspad is. En zoals de oud-strijders onder ons weten… Berg je dan maar! Er zijn nu eenmaal oorlogen die alleen maar verliezers kennen. En als mijn vrouw in het strijdperk treedt, is het sowieso een oneerlijk gevecht. Als zij met het broodmes in de aanslag staat, ga ik op zoek naar mijn mes. Mijn mes… mijn mes… waar heb ik toch mijn mes… ik raak door die meid mijn kop… eh, mes steeds kwijt (zie verder Tom Manders, De Barbier van Sevilla). En heb ik dan mijn mes gevonden, krijg ik opeens een mortiergranaat om de oren.
Waar gaat dit over, hoor ik u vragen.
Tsja, dat vraag ik me ook weleens af…
Denk ik dat het over de lekkende kraan gaat, heeft ze het opeens over het kapotte tuinhek; heb ik mijn smoesje klaar waarom ik het hok nog niet opgeruimd heb, staat ze opeens in de moestuin te blaten waarom ik zus of zo nog niet geklaard heb, en dat ze altijd(!) alles(!) zelf moet doen en dat er nooit(!) en never(!) ook maar iemand(!) is die haar helpt. Nou, probeer dan nog maar eens net te doen alsof je neus bloed, zo van: Nee hoor, ze heeft het helemaal niet over mij!
Maar als de kop me dan eindelijk op oranje vliegt en ik op het punt sta mijn Kalasjnikov te ontholsteren, begint het me te dagen: o wacht even, ze moet haar ei kwijt! Ze moet haar hart luchten! Ik moet de hele spraakwaterval stoïcijns over me heen laten komen. Niet weglopen, hè, want dat maakt het alleen maar erger! Nee, braaf kauwen en kakken. In luistermode: ene oor in, andere uit.
Waarom wist ik dat vroeger met medewerkers zo goed: Even laten uitrazen vóór ik hem of haar op mijn kantoor ontbied voor het doen van zijn of haar verhaal? En waarom stink ik d´r bij mijn vrouw (bijna) altijd weer in?
Rustig met rationele argumenten in chronologische volgorde of volgorde van belangrijkheid op een verwijt ingaan staat bij mij thuis gelijk aan olie op het vuur sodedonderen. En als ik haar onderbreek met “Hé, daar hadden we het helemaal niet over! Wel even bij het onderwerp blijven, graag! Dat heb je tenslotte zelf geëntameerd, dame!”, bel dan de brandweer maar! Of de blauwhelmen! Want dan zijn de rapen gaar (eufemisme voor: uitslaande brand) en is er zomaar sprake van een slepend gewapend conflict, met bermbommen, verschroeide aarde, teruggeroepen ambassadeurs, afschrikarsenaal… afijn, the works!
Als
vrouwen hun hart luchten, gaan mannen in hun hoofd zitten.
Ik weet niet of het hout snijdt wat ik nu zeg, maar wat ik ermee zeggen wil is dat
je net zo goed met je lul op een drumstel kunt gaan slaan, als je voelt wat ik
bedoel.
In ieder geval zijn dat de momenten waarop ik zou willen dat ik als homofiel
ter wereld gekomen was. Lijkt me zó gemakkelijk: Een redelijk gesprek van mannen
onder mekaar, biertje erbij, klaar!
Maar ja, in die huishoudens zal wel weer wat anders zijn…
Dat wil overigens niet zeggen, dat mensen die allebei op rationeel niveau zitten, er één twee drie met elkaar uit zijn. Neem nou bijvoorbeeld wetenschappers – zeg, medici en economen.
Economen zeggen bijvoorbeeld heel rationeel: Och, één of twee procent van de bevolking naar de ratsmodee omwille van een bloeiende economie is een aanvaardbare schadepost – in alledaags ABN: acceptable collateral damage.
Goed, zegt de medische wetenschap dan, daar hebben jullie een punt!
Kijk, denkt deze Jan-met-de-korte-lu… eh, achternaam dan: Ze zijn eruit! Gooi de economie maar open! Happy days are here again! Dag vogels, dag bloemen, dag ozonlaag…
Wacht even met de polonaise! Want er zit wat de medische wetenschap betreft een “maar” aan: Niet allemaal tegelijk!
Hoebedoelu, dokter Bernard?
Nou, als volgens de meest conservatieve schattingen zeventig procent van de bevolking besmet raakt, ongeveer de helft daarvan ziek wordt, en de helft dáár weer van medische hulp nodig heeft… nou, steek dan dat sterftecijfer van één of twee procent maar in je ree…
Dokter Bernard toch, tut-tut-tut… Orde, orde in de zaal, graag!
… where the sun don´t shine! Dan is er geen sprake meer van ziekenhuizen, dan kan er rustig gesproken worden van knekelhuizen – in ABN, morgues! Autrement dit, dat kan het systeem niet aan.
En wie moet uiteindelijk de beslissing nemen? De politiek! Dus dat is een spelletje van meeste steekp… eh, stemmen gelden.
Eén van de weinigen onder hen die nog een beetje gezond verstand heeft, is de gouverneur van NYS. Maar ja, dat is een Italiaan! Die tellen niet! Die mogen alleen maar zingen. Hoe heet ie ook maar weer!
Como?
Ja, nu heb ik ´m – Perry Como!
Net alsof het niet óók een Italiaan was die tijdens de drooglegging de Amerikaanse economie geweldig op de kluiten heeft geholp… Hè? Watte?… een frisisme?… o sorry, ik zal ABN schrijven… de Amerikaanse economie een incredible boost heeft gegeven. Ja toch, niet dan? Hoe ie heette? Dat ben ik vergete… El Kapsones of zoiets!
Ik kin my der sa frekte min by jaan as ik Hollânsk skriuw. Wêr soe him dat dochs oan sitte? Ik klos mar wat sûnder neitinken op dat kaaiboerd om. Soe dat komme om´t wy altyd Nederlânsk op skoalle hân hawwe?
As dat sa is, is it mar goed, tink, dat der gjin Frysk op skoalle ûnderwiisd wurdt. 😉
Recente reacties