Het zijn niet alle Slagers … die lange messen dragen
De naam die hij ab ovo meekreeg is Jaap Slager. Een carrière als geneeskundige zat er dus niet in. Hij werd taalliefhebber. Punt.
Nee, hij heeft niet een serie boektitels achter zijn naam. Goed, hij vertaalde in de coronazomer van 2020 met veel plezier een thriller voor een Amerikaanse uitgever, maar qua creativiteit houdt hij ’t bij het korte werk – een beetje liefhebberen op zijn blogsite. Of, zoals hijzelf het uitdrukt: in bytsje piele mei taal.
Aanvankelijk leek ’t hem niet onaardig dat zijn stukjes ook gelezen zouden worden, maar toen hij zag hoe ’t gemene volk soms reageerde op de columns van studievriend Bert Wagendorp, wilde hij zijn pen subiet aan de wilgen hangen.
Edoch, een oude volkswijsheid wil: de inkt kruipt waar hij niet gaan kan – Jaap mag dan geen ambities hebben, het schrijven zit hem in het bloed. De achteloos over zijn schouder gegooide pennenvruchten worden veelal opgeraapt en gepubliceerd door literaire media in Friesland.
Zijn liefde voor taal ontwaakte eerst goed op het gymnasium en zijn Nederlandse taalkunde deed hij op aan de Rijksuniversiteit Groningen. Verder heeft hij bij wijze van education permanente tijdens zijn werkende leven in de nutswereld (post)hbo-opleidingen afgerond in Bedrijfskunde, Rechten, Economie en Management; het eenjarige Executive Development Programme gevolgd (Rotterdam Business Foundation); en ruim een jaar MBA gestudeerd (Strathclyde University Glasgow) – tot het lot brutaalweg de regie van zijn leven overnam en de wind hem buitengaats blies, tot voorbij de Taag.
Hij vond zijn Ithaka en zijn Penelope aan de oevers van de Rio Guadiana in Alentejo (= letterlijk “Genezijde Taag”).
Sedertdien zijn lieden die een ghostwriter zoeken voor een goed verhaal, bij Jaap aan het juiste adres. En studenten die een werkstuk willen afleveren dat ook taalkundig van wetenschappelijk kaliber is, weten via mond-op-mondreclame de weg naar zijn virtuele postvak steeds beter te vinden.
Slachter en Slager
Een keer een jaap, ……., dan toch maar Slager … ?